CD Muziek van de zee

Liedjes van de cd Muziek van de zee

01 Nehalennia

02 Muziek van de zee

03 Eenzaamheid
04 Schipperslatijn
05 Zeeliedje
06 De Stad Amsterdam
07 Nooit meer hetzelfde
08 Afscheid
09 De vliegende Hollander
10 Het Vrouwtje van Stavoren
11 Gilia, vrouwe van Castricum
12 Jan
13 Pubers
14 Aan de ouders/verzorgers
15 Examenstress
16 Liedje voor Lies
17 Vrede
18 Vandaag
19 Woorden
20 Voor een dag van morgen
21 Bang

Nummers 1, 4, 7, 12, 13, 14, 15, 16, 19 tekst en muziek: Peter van der Steen
Nummers 2, 3, 5, 6, 8, 9, 10, 11, 17, 18, 21: tekst en muziek: Jelle van der Meulen
Nummer 20: tekst: Hans Andreus (uit Verzamelde gedichten (2004); oorspronkelijk uit Al ben ik een reiziger (1959), muziek: Jelle van der Meulen

De onderwerpen van de teksten zijn niet nieuw. Veel liedjes gaan weer over de zee of het IJsselmeer; andere gaan over het onderwijs en de onbegrijpelijkheid van het bestaan, waarbij de liefde een grote rol speelt. De liedjes spreken voor zichzelf, al kunnen wij er een hoop meer van zeggen. Bijvoorbeeld dat ‘Nehalennia’ de naam is van een godin die vooral aan riviermondingen vereerd werd. In Domburg, de geboorteplaats van Peter, staat een standbeeld van Nehalennia.

Het is zo lang geleden dat ik hier vanaf de duinen
keek naar de golven met hagelwitte kruinen.
Te lang geleden nam het tij mij met zich mee
en voelde ik het stromen van de zee.
In m’n jongensjaren was het veel warmer dan nu
tenminste, dat voelt zo in een déjà-vu.
Laat op de avond gleed de zon achter de kim
en heel lang daarna verdween de dag met tegenzin.

De complete tekst van ‘Nehalennia staat hier met meer informatie over Nehalennia.

‘Muziek van de zee’ schreef Jelle, net zoals zijn andere liefdesliedjes, voor Brigitte.

In ‘Schipperslatijn’ hoort de aandachtige luisteraar meer gitaar dan anders. Dat klopt. Tijdens het opnemen van de cd pakte Rob de Haas vaak genoeg zijn gitaar om even een riedeltje mee te spelen. Sterker nog: tijdens de opnames kocht Rob zelfs een nieuwe gitaar en daarna mocht hij van ons op één nummer even meespelen.

Misschien wordt Domburg nog wel eens een favoriete plaats om af te meren, als Hoed en de Rand ’s zomers een week samen vaart. Maar tot nu toe is het IJsselmeer het vaargebied van het duo. Dan is de oude haven van Stavoren een favoriete plaats en het liefst legt schipper Peter zijn schip aan de kade vlak voor het standbeeld van het Vrouwtje van Stavoren. Het is begrijpelijk dat deze vrouw onderwerp van een liedje geworden is. Aan de toch al fantasierijke sage voegt Hoed en de Rand nu ook nog het zijne toe in ‘Het vrouwtje van Stavoren’.

Ieder kent het oud verhaal van het Vrouwezand
je liet het graan daar storten, door woede overmand
maar ik vraag me wel eens af: hoe kwam jij zo kwaad
was het niet een groot verdriet, waardoor je werd geraakt?

Hé, Vrouwtje van Stavoren,
uit vervlogen tijd
je staart het zeegat uit
maar de liefde, kende je de liefde
of was je die te vroeg al kwijt?

‘Gilia, vrouwe van Castricum’ werd oorspronkelijk geschreven voor een cd over Castricum. Dat was een prachtig plan: een tiental mensen zou een lied maken over telkens een ander aspect van Castricum. Toen Jelle de initiatiefnemer vroeg waar hij over zou schrijven, vroeg deze of hij niet iets over het verdwenen kasteel Kronenburg zou kunnen schrijven. Dat heeft Jelle gedaan, maar de cd over Castricum is er nooit gekomen. Met het kasteel zelf is het ook niet goed gegaan. Kronenburg is in 1573 verwoest door Spaanse soldaten. Een tijd lang stonden er nog wat puinhopen, tot ook die verdwenen zijn. Rond 1400 woonde er een Gilia van Cralingen op het kasteel, die zich ‘vrouwe van Castrichem’ noemde.

De zon gloort in het oosten, klimt net aan de kim
zet alles in een lichte gloed, de dag begint
de brug gaat neer, klaroengeschal, heer Dirk staat in de poort
in vol ornaat, hij trekt ten strijde, want hij gaf zijn woord.

En Gilia, vrouwe van Castricum in huize Kronenburg
kijkt door het raam naar haar man die daar gaat
en die haar nu achterlaat
hij draait zijn paard kijkt nog ’s om naar haar die binnen staat
ze beweegt niet, maar haar hart gaat tekeer,
wie weet ziet zij hem nooit weer.

In het nummer ‘Jan’ komt geen greintje fantasie voor, alles is werkelijk zo gebeurd. Hoe dat kan? Tsja, Jan is niet zomaar een man.

‘Wat wil je hebben als je slaagt?’
Een simpele vraag, met als antwoord:
‘Een liedje.’
Hoe Peter met dat antwoord van de dochter van zijn vriendin Joke heeft rondgelopen, is niet in kort bestek te beschrijven, maar uiteindelijk is ‘Liedje voor Lies’ er gekomen, met een refrein dat weer aan de zee refereert:

Het valt om de donder niet mee
niet voor jou en niet voor de zee
want heb je enig idee
hoe het is voor de zee
die neemt elke dag
de sporen van honderden meeuwen met zich mee.

Jaren schreven zowel Jelle als Peter een liedje voor de diploma-uitreiking op het Veenlanden College. Meestal was het liedje van Jelle een gelegenheidsnummer met daarin gebeurtenissen uit het afgelopen examenjaar. Peter schreef nogal eens een nummer dat wat langer meekan. Op deze cd staan er dan ook een paar: ‘Pubers’, ‘Aan de ouders/verzorgers’ en ‘Examenstress’.

‘Vrede’ staat in Jelles dichtbundel Vogels boven een leeg strand uit 1995.

‘Woorden’ schreef Peter uiteraard voor Joke. Het was twee dagen voor Valentijnsdag 2002 af en is het jongste nummer op de cd.

‘Voor een dag van morgen’ van Hans Andreus is misschien wel het mooiste liefdesgedicht dat er in het Nederlands geschreven is. Peter zingt het altijd voor Joke, Jelle voor Brigitte en tientallen mensen hebben gevraagd dat gedicht op cd te zetten.

‘Bang’ ten slotte komt uit het toneelstuk The sky is the limit, dat Brigitte Duin schreef voor de toneelgroep van het Veenlanden College. In het stuk, opgevoerd in 1998, zong Renate Fokkens het nummer. We zijn ontzettend blij dat Renate het ook op de cd wilde zingen en dat Liesbet van der Zel de tweede stem invulde.